Wat kan NLP in de fysiotherapiepraktijk betekenen voor je patiënt

Neuro-Linguïstisch Programmeren (NLP) is een methodologie die streeft naar het begrijpen en modelleren van menselijk gedrag en communicatiepatronen. NLP put uit verschillende disciplines, waaronder taalkunde, psychologie en computerwetenschappen, en maakt gebruik van een reeks technieken en modellen om jou als fysiotherapeut te helpen je communicatievaardigheden te verbeteren, beperkende overtuigingen te overwinnen en persoonlijke doelen te bereiken.

Wat betekent NLP in de praktijk

De term “neuro” in NLP verwijst naar het idee dat onze gedachten, emoties en gedragingen geworteld zijn in onze neurologische processen en dat we door deze processen te begrijpen ons gedrag kunnen veranderen en betere resultaten kunnen behalen. Het “linguïstische” aspect van NLP verwijst naar de rol van taal bij het vormgeven van onze gedachten en ervaringen, en het “programmerings” aspect verwijst naar het idee dat we ons gedrag bewust kunnen programmeren en herprogrammeren door onze gedachten en overtuigingen.

NLP kan in de praktijk van een fysiotherapeut op verschillende manieren worden toegepast. Hier zijn enkele voorbeelden:

  1. Het verbeteren van de communicatie: NLP kan helpen om de communicatie tussen de fysiotherapeut en de patiënt te verbeteren. Door het gebruik van specifieke taalpatronen en technieken, kan de fysiotherapeut de patiënt beter begrijpen en zich beter afstemmen op de behoeften en voorkeuren van de patiënt.
  2. Het veranderen van belemmerende overtuigingen: NLP kan helpen om belemmerende overtuigingen van de patiënt te veranderen, zoals bijvoorbeeld “ik kan nooit meer sporten”. Door het veranderen van deze belemmerende overtuigingen, kan de fysiotherapeut de patiënt helpen om positieve veranderingen aan te brengen en meer vertrouwen te krijgen in het herstelproces.
  3. Het verbeteren van de motivatie: NLP kan helpen om de motivatie van de patiënt te verbeteren, wat kan leiden tot betere naleving van de behandeling en betere resultaten. Door het gebruik van bepaalde taalpatronen en technieken kan de fysiotherapeut de patiënt motiveren om zich wel in te zetten voor het herstel.
  4. Het bevorderen van therapietrouw: Door het gebruik van NLP-technieken zoals ankeren en het gebruik van hypnotische suggesties (waarbij de patiënt meestal gevraagd om zich te concentreren op een bepaald onderwerp of gevoel, waarna de fysiotherapeut suggesties doet die zijn bedoeld om de patiënt te helpen positieve veranderingen te maken in hun gedrag of emoties), kan de fysiotherapeut de patiënt helpen om zich meer gemotiveerd te voelen om de voorgestelde oefeningen en behandelingen te blijven doen.
  5. Het omgaan met patiënten met fysieke pijn: NLP-technieken zoals reframing en herkaderen kunnen de fysiotherapeut helpen om de perceptie van de patiënt over de pijn te veranderen, waardoor de patiënt zich meer op zijn gemak voelt en beter in staat is om met de pijn om te gaan.
  6. Het verminderen van stress en angst bij patiënten: Met NLP-technieken zoals ademhalingsoefeningen en ontspanningstechnieken kan de fysiotherapeut de patiënt helpen om stress en angst te verminderen en zich meer ontspannen en comfortabel te voelen tijdens de behandelingen.

Fysiotherapeut en NLP-docent Jochem vertelt: “Patiënten zijn over het algemeen gemotiveerd. De vraag is alleen… waarvoor? Wanneer een patiënt zijn of haar doelen stelt op gedrag of vaardighedenniveau kan dit werken. Je zult tijdens deze een NLP-training echter ook leren waarom deze vaardigheden belangrijk zijn. Voor zowel de patiënt als mens en zijn of haar omgeving. Zo was er ooit een patiënt die in een programma zat waarin gewichtsafname centraal stond. Zij kwam alleen niet om ‘af te vallen’. Ze had in de gaten dat wanneer ze zo door zou gaan, de kans op een lang leven kleiner werd en ze vertelde dat ze vooral haar kleinkinderen groot wilde zien worden. Die motivatie was velen malen groter dan gewicht verliezen. Dus stel je eens voor dat je weet hoe dit omdenken werkt en je dit kunt toepassen in de praktijk!”

Kortom, NLP kan in de praktijk van een fysiotherapeut op verschillende manieren worden toegepast, waarbij het verbeteren van de communicatie en motivatie van de patiënt belangrijke doelen kunnen zijn. Het is belangrijk om een goede opleiding in NLP te volgen voordat je deze technieken in de praktijk toepast.

Welke nascholingscursussen kunnen jou als fysiotherapeut hierbij verder helpen?

Communiceren kun je leren. Als paramedici worden we vooral getraind om te denken en te handelen binnen het medische model. Maar hoe herken je nu de psychologische en sociale factoren bij een patiënt? En wat kun je er vervolgens mee?

Neuro Linguïstisch Programmeren (NLP) is een methodiek voor training, coaching en communicatieverbetering. In deze interactieve 3-daagse NLP cursus (22 punten KRF) ga je leren op welke verbale en non-verbale niveaus je kunt communiceren met je patiënten waardoor je meer informatie kunt krijgen die relevant is voor het behandeltraject. Meer weten over de nascholingscursus NLP voor fysiotherapeuten en (para) medici ->

Dit zijn de voordelen van een cursus NLP voor jou als fysiotherapeut

Neuro Linguïstisch Programmeren (NLP) biedt een breed scala aan technieken die kunnen helpen bij het verbeteren van de communicatie tussen de fysiotherapeut en de patiënt, en tussen fysiotherapeuten onderling.

Als fysiotherapeut kun je NLP inzetten bij het bereiken van je persoonlijke doelen, het verbeteren van de onderlinge communicatie en het versterken van je vaardigheden. Hier zijn een aantal manieren waarop je NLP kunt toepassen:

  1. Verander je mindset: Met NLP-technieken kun je jouw mindset veranderen en helpen om belemmerende overtuigingen te overwinnen. Dit kan je motiveren om je collega’s open te stellen voor nieuwe ideeën en kansen.
  2. Versterk de communicatievaardigheden: NLP kan helpen om de communicatievaardigheden tussen jou, je collega’s, je patiënten en andere belanghebbende te verbeteren.
  3. Ontwikkel leiderschapsvaardigheden: Met NLP kun je niet alleen jezelf, maar ook je collega’s helpen om hun leiderschapsvaardigheden te ontwikkelen. Dit kan hen helpen om effectiever te zijn in het leiden van hun teams en het inspireren van collega’s.
  4. Verbeter de prestaties: Met NLP-technieken kunnen jij en je collega’s elkaar helpen om prestaties te verbeteren. Dit kan je daarnaast weer helpen om meer succes te behalen bij het behandelen van patiënten en het behalen van hun doelen.
  5. Verminder stress en angst: Niet geheel onbelangrijk, NLP kan helpen om stress en angst bij je te verminderen. Dit kan hen helpen om meer ontspannen te zijn tijdens het werk en beter om te gaan met stressvolle situaties.

Wat voor effect merkt je patiënt als je NLP inzet?

NLP is niet alleen voor de persoonlijke ontwikkeling van de fysiotherapeut interessant. Het kan je mede helpen bij het veranderen van belemmerende overtuigingen van de patiënt, waardoor het gemakkelijker wordt om positieve veranderingen aan te brengen. Het kan ook helpen bij het verbeteren van de motivatie van de patiënt, wat kan leiden tot een betere naleving van de behandeling en betere resultaten.

Een overtuiging is altijd waar… voor degene die hem gelooft. En een overtuiging stuurt onze vaardigheden en gedrag. Als iemand bijvoorbeeld overtuigt is dat hij pijn zal krijgen door te bewegen, hoe denk je dan dat iemand gaat bewegen? Of als je patiënt ervan overtuigd is dat zijn schouder uit de kom gaat als hij boven de 90 C° zijn arm optilt? Hoe zal dat zijn vaardigheid van de arm gebruiken beïnvloeden? Vaak ligt een overtuiging er alleen niet zo dik bovenop, je hebt als therapeut deze te ontdekken en de patiënt ze te laten heroverwegen. Klopt het nog steeds wat je gelooft? Of is het nu anders?

Daarnaast kan NLP fysiotherapeuten helpen om beter te begrijpen hoe hun patiënten denken en communiceren, waardoor ze beter kunnen afstemmen op de behoeften en voorkeuren van de patiënt. Dit kan weer leiden tot een betere relatie tussen fysiotherapeut en patiënt, waardoor er nog betere/efficiëntere resultaten geboekt worden van de behandeling.

De manier waarop je communiceert kan bij de ene patiënt werken, maar bij de ander kan dezelfde communicatie een andere uitwerking hebben. Zo zal de ene patiënt vooral dingen willen ervaren of voelen om iets te snappen terwijl de ander het graag wilt zien. En weer een ander verwerkt de informatie het best door erover te praten. Als therapeut kiezen we onbewust onze eigen voorkeur. Na deze NLP-training zul je bewust zijn van jouw voorkeur en ook de voorkeur van de ander herkennen, waardoor je nog betere zorg op maat kunt aanbieden. Je zult merken dat je meer voor elkaar krijgt met minder inspanning. Een win-winsituatie.

Bewust communiceren als fysiotherapeut kun je leren

Als paramedici worden we vooral getraind om te denken en te handelen binnen het medische model. Onze nascholingscursus Neuro Linguïstisch Programmeren (22 punten KRF) is een methodiek voor training, coaching en communicatieverbetering, waarmee je op een praktische manier leert hoe zowel verbale- als non-verbale communicatie/gesprekstechnieken werken, de waarde van taalgebruik en wat je kunt doen om deze te sturen. Meer weten over onze KNGF geaccrediteerde cursus NLP voor fysiotherapeuten en (para) medici ->

In deze webinar bespreken we met MSc Bart van Buchem en een ervaringsdeskundige Jef Huijbers hoe verwachtingen een grote rol in het therapeutische proces spelen. Gaat het over? Hoe lang gaat het nog duren? Is er wel iets aan te doen? Hoe kun je als fysiotherapeut invloed uitoefenen op het proces van de verwachtingen? En hoe kun je de patiënt centraal stellen in dit proces?

Als fysiotherapeut is het belangrijk om realistische verwachtingen te creëren bij de patiënt, ongeacht of de patiënt overtuigd is van volledige genezing of het idee heeft dat niets meer helpt. Hieronder vind je enkele suggesties voor hoe je als fysiotherapeut met deze scenario’s om kunt gaan:

Scenario 1: Patiënt is overtuigd van volledige genezing

Het is belangrijk om de patiënt te begrijpen en hun verwachtingen te respecteren. Leg uit dat het verminderen van chronische pijn vaak een langdurig en complex proces is, waarbij veel factoren betrokken zijn. Leg uit dat behandelingen gericht zijn op het verminderen van pijn en het verbeteren van de kwaliteit van leven, maar dat volledige genezing mogelijk niet haalbaar is.

Je kunt de patiënt ook aanmoedigen om realistische doelen te stellen en samen met hen een behandelplan opstellen dat past bij hun individuele behoeften en mogelijkheden. Het is belangrijk om de patiënt te ondersteunen en te motiveren om zelfmanagementtechnieken te gebruiken, zoals oefeningen en ontspanningstechnieken, om de pijn te verminderen en de kwaliteit van leven te verbeteren.

Scenario 2: Patiënt denkt dat niets meer helpt

Het is belangrijk om te begrijpen waarom de patiënt denkt dat niets meer helpt. Mogelijk hebben ze een aantal behandelingen gehad die niet succesvol waren, of hebben ze slechte ervaringen gehad met eerdere behandelaars. Het is belangrijk om naar hun zorgen te luisteren en hen gerust te stellen dat er nog steeds opties zijn die kunnen helpen.

Leg uit dat chronische pijn een complexe aandoening is en dat er vaak geen eenvoudige oplossing is. Leg uit dat je een zorgvuldige beoordeling zult uitvoeren en samen met de patiënt een persoonlijk behandelplan zult opstellen dat past bij hun individuele behoeften en mogelijkheden.

Je kunt de patiënt ook aanmoedigen om realistische doelen te stellen en hen motiveren om zelfmanagementtechnieken te gebruiken, zoals oefeningen en ontspanningstechnieken, om de pijn te verminderen en de kwaliteit van leven te verbeteren. Het is belangrijk om de patiënt aan te moedigen om positief te blijven en te geloven dat er nog steeds opties zijn die kunnen helpen.

Neem als voorbeeld mensen met lage rugpijn die hiervoor een fysiotherapeut zoeken
Deze patiënten hebben al een vooroordeel dat bukken slecht is voor de rug. Een associatie daarbij is dat mensen verwachten daardoor nog meer klachten te krijgen. Een andere associatie is dat ze denken dat ze door het bukken bij lage rugpijn iets beschadigen of stuk maken, waardoor de rug andermaal aan slijtage onderhevig is. Vanuit de ervaringsgerichte benadering ga je die ervaring toetsen in de praktijk. Je ziet vaak dat deze patiënten tijdens de beweging zichzelf schrap zetten en hun adem vasthouden. Dit doen ze omdat ze het gevoel hebben hun rug te moeten beschermen, anders is het slecht. Leg daarom bij dezelfde beweging jouw handen op de buik of rug van de patiënt. En vraag hem/haar de beweging nogmaals te doen, en in plaats daarvan door te blijven ademen en de rugspieren actief te ontspannen. De uitkomst kan conflicterend voor ze zijn, omdat ze niet nog meer pijn ervaren. Dit botst dus met de verwachting dat iets schadelijks is.

Gratis webinar voor fysiotherapeuten; Explain Pain – Verwachtingen over therapie

Wil je meer weten over de verwachtingen over therapie (tijdens de cursus Explain Pain gaan we dieper in op dit onderwerp) volgens de inzichten van MSc Bart van Buchem? Luister dan naar de uitgebreide versie van de gratis webinar via onderstaande link.

Explain Pain – begrijp de pijn cursus

Pijn is een wereldwijd probleem, met 1 op 5 mensen die een chronische vorm van pijn ervaart. De druk op de gezondheidszorg is aan het toenemen en de vraag naar een oplossing wordt groter. Opvattingen met betrekking tot (chronische) pijn maken daardoor ook een evolutie door. Sommige hebben het zelfs over een pijnrevolutie. Waarbij je radicaal anders leert denken en handelen met betrekking tot pijn en gezondheid. Maar hoe?

Onze tweedaagse cursus heeft twee hoofddoelen: Verdieping en verbreding kennis met betrekking tot pijn voor de professional. En toepassing van deze kennis – door het gericht en strategisch in te zetten ten behoeve van behandeldoelstellingen. Meer weten over de nascholingscursus Explain Pain voor fysiotherapeuten ->

Een gids voor de cruciale eerste maanden na een kruisbandblessure - Fysiolinks

Stel je voor dat je als fysiotherapeut een patiënt ontmoet die net een voorste kruisbandreconstructie heeft ondergaan. Ze zijn vastberaden om hun sportieve leven te hervatten, maar staan voor een uitdagende revalidatieperiode. We duiken daarom dieper in op de eerste weken van herstel na een voorste kruisbandreconstructie. En verkennen we de veelbelovende techniek genaamd Blood Flow Restriction (BFR) training, die kan bijdragen aan een efficiënter herstelproces.

De eerste maanden van de revalidatie na een kruisbandblessure spelen een cruciale rol bij het herstelproces. Het is tijdens deze periode dat de basis wordt gelegd voor het bereiken van een goede mobiliteit, tonus, afname van zwelling en toename van functionaliteit. Het is van essentieel belang om deze doelen te bereiken, zodat later in de revalidatie progressieve krachttraining, functionele training en uiteindelijk de terugkeer naar sportactiviteiten mogelijk worden. Hoe pak je dit aan?

  • Inhibitie en spierreactiviteit: In de eerste weken van de revalidatie kunnen verschillende uitdagingen ontstaan. Zwelling, beperking van de bewegingsvrijheid en pijn kunnen de Quadriceps-spieren belemmeren. Daarnaast kan er sprake zijn van een onevenwichtige activatie van bepaalde spiergroepen, wat de revalidatie verstoort. Het gebrek aan activatie van een spier of spiergroep kan leiden tot onvoldoende bijdrage aan krachtopbouw en stabiliteit tijdens het herstelproces.
  • Reactiviteit van de knie: Gedurende de eerste weken van de revalidatie moet rekening worden gehouden met de reactiviteit van de knie. Zwelling en het herstel van de nieuwe kruisband moeten in acht worden genomen om verdere complicaties te voorkomen. Een zorgvuldige benadering en monitoring zijn vereist om een optimaal herstel te bevorderen. Deze fase van de revalidatie is ook erg geschikt om gebruik te maken van Blood Flow Restriction Training (BFRT). Hierbij kan de musculatuur zwaarder worden belast, zonder dat dat een te zware belasting voor het gewricht geeft.
  • Opbouw van mobiliteit en functionaliteit: Na de eerste vier tot zes weken verschuift de focus naar het opbouwen van mobiliteit en het normaliseren van het looppatroon zonder krukken. Het verkrijgen van functionaliteit in de dagelijkse activiteiten wordt een nieuw doel vanaf de tweede maand van de revalidatie. Het herwinnen van onafhankelijkheid en het kunnen uitvoeren van alledaagse taken zijn belangrijke mijlpalen in het herstelproces.
  • Krachttraining en symmetrie: Vanaf de derde maand wordt progressieve krachttraining geïntroduceerd in het revalidatieprogramma. Tegelijkertijd wordt er gekeken naar de Leg Symmetry Index (LSI). De LSI meet de symmetrie in kracht en functionaliteit tussen de geopereerde en niet-geopereerde been. Het is cruciaal dat aan het einde van de revalidatie de LSI binnen 10% valt, om een succesvolle terugkeer naar sport te waarborgen.

De eerste maanden van de revalidatie na een kruisbandblessure zijn van onschatbare waarde. Het bereiken van mobiliteit, tonus, afname van zwelling en toename van functionaliteit vormen de basis voor het verdere herstelproces. Het overwinnen van spierinhibitie, het omgaan met kniereactiviteit en het geleidelijk opbouwen van krachttraining spelen een cruciale rol bij het bereiken van een succesvol herstel.

Welke nascholingscursussen kunnen jou als fysiotherapeut hierbij verder helpen?

“Over de knie”, Knieklachten bij sport met prof. dr. Erik Witvrouw
In deze tweedaagse (KRF 19pt) evidence based cursus deelt prof. dr. Erik Witvrouw de laatste interessante kennis ‘Over de knie’ met jou. De meest voorkomende knieaandoeningen met boeiende onderwerpen als patellofemorale pijnsyndroom, voorste kruisbandletsels en de behandeling van hamstringletsels komen aan bod en je leert allerlei nieuwe oefentechnieken. Waardoor je deze kennis over knieaandoeningen gelijk in de praktijk kunt toepassen.

Na de cursus kun je alle stof nog een keer op je eigen tempo herhalen door middel van de online herhalingsmodule. Hierin nemen we alle ‘clinical pearls’ uit de cursus nog een keer met je door. Hierin delen we ook alle video’s van oefeningen die je kunt gebruiken in je praktijk. De online module is gratis en levert bij het succesvol afronden 4 extra accreditatiepunten op (in totaal dus 19 punten)!

Meer weten over onze KNGF geaccrediteerde nascholingscursus Over de knie ».

Blood Flow Restriction Training: Conservatieve en postoperatieve revalidatie van musculoskeletale aandoeningen met MSc Mathias Thoelen
Dé cursus (KRF 8pt) voor revalidatieprofessionals die de kracht en wetenschap achter Blood Flow Restriction willen begrijpen en weten hoe je het toepast! Meer weten over onze KNGF geaccrediteerde nascholingscursus BFRT ».

Schouderpijn volgens de biopsychosociale benadering door Jeremy Lewis

Prof. dr. Jeremy Lewis is naast fysiotherapeut ook onderzoeker uit het Verenigd Koninkrijk, die bekend staat om zijn bijdragen aan het begrijpen en behandelen van schouderaandoeningen. Hij is vooral bekend om zijn revalidatieprogramma “Shape up my Shoulder (SUMS)” en een biopsychosociale benadering van schouderpijn. Deze aanpak gaat uit van het idee dat schouderpijn niet alleen wordt veroorzaakt door fysieke factoren, zoals een blessure of een aandoening van het schoudergewricht, maar ook door psychologische en sociale factoren, zoals angst, stress en werkgerelateerde factoren.

The Shoulder; het schouderprotocol van prof. dr. Jeremy Lewis

Het schouderprotocol van Jeremy Lewis is een gestructureerde benadering voor de evaluatie en behandeling van schouderpijn. Het protocol omvat een reeks van stappen die gericht zijn op het identificeren van de oorzaken van schouderpijn en het ontwikkelen van een gepersonaliseerd behandelplan dat deze oorzaken aanpakt.

Het protocol begint met een grondige beoordeling van de patiënt om de structuur en functie van de schouder te beoordelen en om eventuele fysieke oorzaken van de pijn te identificeren. Dit omvat een evaluatie van de mobiliteit, kracht en stabiliteit van de schouder, evenals een beoordeling van de nek en bovenrug, die ook van invloed kunnen zijn op de schouderpijn.

Naast de fysieke beoordeling omvat het protocol ook een evaluatie van psychologische en sociale factoren die bijdragen aan de schouderpijn. Dit omvat een evaluatie van angst, stress, depressie en andere psychologische factoren, evenals werkgerelateerde factoren en levensstijlfactoren die de schouderpijn kunnen verergeren.

Op basis van deze beoordeling wordt een gepersonaliseerd behandelplan ontwikkeld dat de oorzaken van de schouderpijn aanpakt. Dit kan onder meer fysiotherapie, oefeningen, manuele therapie, ergonomische aanpassingen en advies over levensstijlveranderingen omvatten. Het doel van het protocol is om de pijn te verminderen, de functie van de schouder te verbeteren en de patiënt te helpen terug te keren naar zijn of haar normale activiteiten.

Er zijn verschillende artikelen gepubliceerd door Jeremy Lewis over het biopsychosociale-model en de toepassing ervan bij de behandeling van musculoskeletale aandoeningen. Hieronder vind je 4 voorbeelden:

  1. Lewis J., O’Sullivan P. (2015). Is it time to reframe how we care for people with non-traumatic musculoskeletal pain? British Journal of Sports Medicine, 49(17), 1077-1078.
    In dit artikel beschrijven Lewis en O’Sullivan hoe het biopsychosociale-model kan worden toegepast om de zorg voor mensen met niet-traumatische musculoskeletale pijn te verbeteren.
  2. Lewis J., McCabe C., Franklyn-Miller A. (2015). Biopsychosocial factors affective outcomes in persistent shoulder pain. Disability and Rehabilitation, 37(16), 1430-1435.
    In deze studie wordt onderzocht hoe biopsychosociale factoren van invloed zijn op de uitkomsten bij patiënten met aanhoudende schouderpijn.
  3. Lewis J., McCreesh K., Roy J.S., Ginn K. (2015). Rotator cuff tendinopathy: navigating the diagnosis-management conundrum. Journal of Orthopaedic & Sports Physical Therapy, 45(11), 923-937.
    In dit artikel wordt beschreven hoe het biopsychosociale-model kan worden toegepast bij de diagnose en behandeling van rotator cuff tendinopathie.
  4. Lewis J. (2018). Assessing and managing rotator cuff disorders. Manual Therapy, 33, 1-2.
    In dit artikel beschrijft Lewis hoe het biopsychosociale-model kan worden gebruikt om rotator cuff aandoeningen te beoordelen en te behandelen.

Deze artikelen laten zien hoe Jeremy Lewis het biopsychosociale-model toepast bij de behandeling van musculoskeletale aandoeningen, met specifieke aandacht voor schouderklachten. Ze bieden inzicht in de wetenschappelijke basis van zijn benadering en ondersteunen het gebruik van het biopsychosociale-model bij de zorg voor patiënten.

Welke nascholingscursussen kunnen jou als fysiotherapeut hierbij verder helpen?

De schoudercursus van prof. dr. Jeremy Lewis

Tijdens de tweedaagse cursus ‘The Shoulder: Theory & Practice’ (KRF 18pt) voor Fysiolinks legt hij de nadruk op een biopsychosociale benadering van de schouderrevalidatie, een combinatie van evidence based oefeningen, pijnwetenschap, levensstijl, psychosociale factoren en educatie. Zijn belangrijkste klinische expertisegebieden zijn: subacromiale pijn (impingement) syndroom, rotator cuff peesproblemen, schouderpijnsyndromen en frozen shoulder.

Daarnaast biedt de cursus praktische trainingen, veel educatie over de anatomie en biomechanica van de schouder, over de invloed van houding en spieronbalans en zijn verband met schouderpathologie, evenals over hoe schouderaandoeningen kunnen worden gediagnosticeerd en behandeld. Meer weten over onze KNGF geaccrediteerde nascholing schoudercursus van Jeremy Lewis ».

Explain Pain – begrijp de pijn cursus

Pijn is een wereldwijd probleem, met 1 op 5 mensen die een chronische vorm van pijn ervaart. De druk op de gezondheidszorg is aan het toenemen en de vraag naar een oplossing wordt groter. Opvattingen met betrekking tot (chronische) pijn maken daardoor ook een evolutie door. Sommige hebben het zelfs over een pijnrevolutie. Waarbij je radicaal anders leert denken en handelen met betrekking tot pijn en gezondheid. Maar hoe?

Onze tweedaagse cursus heeft twee hoofddoelen: Verdieping en verbreding kennis met betrekking tot pijn voor de professional. En toepassing van deze kennis – door het gericht en strategisch in te zetten ten behoeve van behandeldoelstellingen. Meer weten over de nascholingscursus Explain Pain voor fysiotherapeuten ->

Diagnostiek en behandeling van slaapproblemen die je kunt gebruiken in de fysiotherapiepraktijk

Slaapproblemen, slapeloosheid en slaapstoornissen zoals slaapapneu, narcolepsie zijn een veelvoorkomend probleem in Nederland. Volgens gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) uit 2019 heeft ongeveer een derde van de Nederlandse bevolking van 12 jaar of ouder regelmatig slaapproblemen. Dit betekent dat ongeveer 5 miljoen Nederlanders te maken hebben met abnormaal slaappatroon en daar hinder van ondervinden. Andere studies concludeerde ook dat slaapproblemen vaker voorkomen bij vrouwen, ouderen en mensen met een lage sociaal-economische status (Van Straten et al., 2017).

De slaapproblemen kunnen variëren van moeilijk inslapen, te vroeg wakker worden en niet kunnen doorslapen, tot snurken, slaapapneu en andere slaapstoornissen. Bij sommige mensen zijn deze mild en tijdelijk van aard, terwijl andere mensen ernstige en chronische slaapproblemen hebben die een grote impact hebben op hun kwaliteit van leven en gezondheid.

“If sleep does not serve an absolutely vital function,
then its the biggest mistake the evolutionary proces has ever made.”

– Dr. Allan Rechtschaffen

Er is geen proces in ons lichaam dat niet zonder een goede nachtrust kan. Slaapproblemen kunnen verschillende oorzaken hebben, waaronder stress, angst, depressie, onregelmatige werktijden, slechte slaapgewoonten en medische aandoeningen. Het is belangrijk om het gebrek aan slaap serieus te nemen en te zoeken naar effectieve behandelingen om de kwaliteit van slaap te verbeteren en de gezondheid en welzijn van mensen te bevorderen. Studies die tussen 2004 en 2014 zijn uitgevoerd, onderzocht de relatie tussen slaapduur en gezondheid. De studie concludeerde dat zowel te korte als te lange slaapduur geassocieerd is met een verhoogd risico op verschillende gezondheidsproblemen, waaronder obesitas, diabetes, hart- en vaatziekten en vroegtijdige sterfte (Cappuccio et al., 2016).

Slaap heeft een belangrijke invloed op zowel fysieke, mentale en preventieve processen, symptomen:

  • Fysiek zorgt het voor: herstelwerkzaamheden aan het immuunsysteem, het regelt onze eetlust, lichaamsgewicht, het maken van juiste keuzes in voeding. Ondersteund je kracht en cardio en het vermindert je ontstekingsgevoeligheid.
  • Mentaal zorgt goede slaap ervoor dat je: betere beslissingen maakt, leert, adapteert en het geheugen. Het zorgt voor een goede coping ten aanzien van stress en speelt een belangrijke rol in ons emotionele circuit in het brein.
  • Daarnaast zorgt slaappreventies voor het voorkomen van ontstekingen, verschillende andere ziekte en het vecht tegen maligniteiten.

Fysiotherapeuten kunnen een belangrijke rol spelen bij het identificeren en behandelen van slaapproblemen bij patiënten

Hieronder volgen enkele diagnostische en behandelingsmogelijkheden die je kunt overwegen in jouw fysiotherapiepraktijk:

  1. Diagnostiek: Om slaapproblemen bij de patiënten te identificeren, kun je gebruik maken van gestandaardiseerde vragenlijsten zoals de Pittsburgh Sleep Quality Index (PSQI) en de Epworth Sleepiness Scale (ESS). Deze vragenlijsten kunnen helpen bij het beoordelen van de kwaliteit van de slaap van je patiënt en hun mate van slaperigheid overdag. Daarnaast zijn er ook een aantal testen die je kunt gebruiken zoals de Leep Onset Latency Test.
  2. Andere belangrijke normen aan de kwaliteit van slaap: niet langer dan 10-15 minuten wakkerliggen. Niet wakker worden gedurende de nacht, ook niet om te toiletteren. Uitgerust wakker worden en het liefst voor de wekker.
  3. Behandeling: Er zijn verschillende behandelingsopties die je kunt overwegen voor patiënten met slaapproblemen:
  • Circadiaanritme: Het meest eenvoudige om te doen, is de basis van het circadiaanritme (biologisch ritme waarvan de cyclus ongeveer één dag duurt) herstellen. Dit zijn een aantal open deuren zoals de invloed van licht en donker op je slaapritme, de temperatuur van je omgeving. Maar ook  de impact van bewegen gedurende de dag en het buiten zijn hebben impact op dit ritme.
  • Slaaphygiëne: Patiënten kunnen worden aangemoedigd om een regelmatig slaappatroon te behouden, hun slaapkamer comfortabel en rustgevend te houden, cafeïne en alcohol te vermijden en schermen uit de slaapkamer te weren. Geen koffie meer drinken na 14.00 uur. Dit is sowieso wenselijk.
  • Buikademhaling: De meest gebruikte en waardevolle tip voor een groot deel van je patiënten is de impact van ademhaling op je slaap. Activiteit van het diafragma is direct geschakeld aan de activiteit van de grootste parasympatische zenuw in het lichaam, de Nervus Vagus. Een hoge ademhaling waant het lichaam meer in fight/flight modus. Een goede diafragmale ademhaling stimuleert juist de rest/digest modus. Het zorgt ervoor dat je letterlijk UIT kunt staan.
  • Cognitieve gedragstherapie (CGT): Een diverse studies die tussen 1990 en 2017 zijn uitgevoerd, werd de effectiviteit van verschillende therapieën voor insomnia vergeleken, waaronder cognitieve gedragstherapie, medicamenteuze behandeling en combinaties van beide. De studie concludeerde dat cognitieve gedragstherapie de meest effectieve behandeling is voor insomnia op de lange termijn, hoewel medicamenteuze behandeling op de korte termijn ook effectief kan zijn (Trauer et al., 2015). Dit kan helpen bij het identificeren en veranderen van de gedachten en gedragingen die slaapproblemen kunnen veroorzaken. CGT kan worden uitgevoerd door een fysiotherapeut die hiervoor is opgeleid. Een andere optie is om je patiënt door te verwijzen naar een gespecialiseerde psycholoog.
  • Ontspanningstechnieken: Progressieve spierontspanning en ademhalingsoefeningen kunnen helpen om lichaam en geest te ontspannen en een rustige slaap te bevorderen.
  • Lichttherapie: Als patiënten lijden aan slaapstoornissen zoals jetlag of seizoensgebonden affectieve stoornis, kan lichttherapie helpen om hun circadiane ritme te reguleren en hun slaappatroon te verbeteren.
  • CPAP: Bij obstructieve slaapapneu kan continue positieve luchtwegdruk (CPAP) worden gebruikt om de ademhaling te ondersteunen en de slaap te verbeteren. Studie concludeerde dat polysomnografie (een slaaponderzoek in een slaaplaboratorium) nog steeds de gouden standaard is voor het diagnosticeren van slaapapneu, maar dat draagbare apparaten voor thuisgebruik ook een betrouwbare optie kunnen zijn voor patiënten met een verhoogd risico op slaapapneu (Kuna et al., 2018).

Het is belangrijk om op te merken dat de behandeling van een slaapstoornis maatwerk is en afhankelijk van de individuele behoeften en omstandigheden van de patiënt. Een multidisciplinaire aanpak, waarbij je samenwerkt met andere zorgverleners zoals huisartsen en psychologen, kan ook nuttig zijn om een effectieve behandeling te bereiken.

Explain pain Chronische pijn

Alleen al in Nederland zijn er meer dan 3,2 miljoen mensen met chronische pijnklachten. Chronische pijn is vaak complex en wordt beïnvloed door een combinatie van fysieke, psychologische en sociale factoren. Het kan moeilijk zijn om de oorzaak van de pijn te achterhalen en de juiste behandeling te bepalen. Heb je patiënten met chronische pijn die niet reageren op standaardbehandelingen? Zoek je naar nieuwe en effectieve manieren om hen te helpen?

Twee recente indrukwekkende wetenschappelijke onderzoeken* hebben bewezen, dat het in 12 weken mogelijk is om resultaten te boeken bij mensen met chronische pijn! Een methode die een jaar na de behandeling nog altijd effect heeft. Een behandelstrategie waar patiënten uiteindelijk zelf mee verder kunnen en ze minder afhankelijk zijn. De behandeling is gericht op beïnvloedbare factoren en op beïnvloedbare neuro-immuun processen. Allemaal uitvoerbaar in de fysiotherapiepraktijk en om een aantal cruciale vaardigheden van de fysiotherapeut vragen. Onze Explain Pain cursus over effectieve behandeling van pijnpatiënten gaat je die vaardigheden leren.

Aan de slag met conceptuele verandering

De beste behandelresultaten bij chronische rugpijn worden behaald op basis van conceptuele verandering. Ofwel, hoe je de patiënt helpt af te komen van niet-behulpzame gedachten, overtuigingen, strategieën, beperkingen en hoe je kunt helpen dit in het leven van de patiënt te verankeren. Naast een brede kijk op beïnvloedbare factoren op pijn zoals slaap, beweging, ontspanning, coping, gedachten, emoties en leefstijl worden nieuwe strategieën geïntroduceerd. De zogenaamde Sensory-Motor-Retraining en het revolutionaire Graded Motor Imagery geeft je concrete stappen voor deze behandeling. De meest complete benadering waarbij je invloed op neuro-immunologische processen hebt met behulp van innovatieve ‘brain training’.

“De behandeling is gericht op beïnvloedbare in stand houdende factoren en op beïnvloedbare neuro-immuun processen”

Met deze aanpak willen we ervoor zorgen dat de patiënt ervan overtuigd raakt dat het lichaam sterk en gezond is, in plaats van zwak, kapot en onveranderbaar. Dat het lichaam fit genoeg is, en dat het veilig is om te bewegen. Patiënten krijgen betrouwbare, nauwkeurige informatie, effectieve beweegstrategieën en worden niet lastiggevallen met onjuiste informatie die de patiënt slechts in verwarring brengen, waardoor herstel in de weg gestaan wordt.

*Bagg et al., 2022 doi:10.1001/jama.2022.9930 en Kent et al., 2023 https://doi.org/10.1016/S0140-6736(23)00441-5

Explain Pain – begrijp de pijn cursus

De tweedaagse cursus Explain Pain (KRF 19pt) biedt de kans om nieuwe kennis en vaardigheden op te doen op het gebied van pijnbehandeling. Door middel van interactieve en praktijkgerichte sessies leer je over innovatieve technieken en behandelingsopties die bewezen effectief zijn bij het verminderen van chronische pijn en het verbeteren van de kwaliteit van leven van patiënten. Je ontwikkelt niet alleen professionele vaardigheden, maar je zal zelf ook een transformatie doormaken in je denkwijze over de behandeling van patiënten met chronische pijn.

Meer weten over de nascholingscursus Explain Pain voor fysiotherapeuten ->

FNS hoe psychologische, sociale en biologische factoren samenwerken

Functionele Neurologische Stoornis (FNS), een aandoening waarbij patiënten symptomen ervaren die lijken op die van een neurologische aandoening, maar waarvoor geen lichamelijke oorzaak kan worden gevonden. Deze blog beschrijft hoe FNS mogelijk ontstaat en wat de wetenschap uit het verleden en heden ons vertelt.

Wat is FNS

Functioneel Neurologische Stoornis (FNS) is een hapering in het verzenden en ontvangen van signalen in de hersenen. Patiënten kunnen symptomen ervaren die lijken op die van een neurologische aandoening, zoals tremoren, spierzwakte, verlies van gevoel, blindheid of verlamming, maar waarvoor geen lichamelijke oorzaak kan worden gevonden. Het lijkt erop dat bepaalde delen van de hersenen anders functioneren bij mensen met FNS in vergelijking met gezonde mensen. Studies met hersenscans zoals functionele MRI (fMRI) hebben aangetoond dat er veranderingen zijn in de activiteit van de frontale cortex, de amygdala en de insula bij patiënten met FNS.

In Nederland krijgen jaarlijks naar schatting tweeduizend patiënten de diagnose FNS. Hoewel de exacte oorzaken van FNS nog niet volledig begrepen zijn, wordt aangenomen dat de symptomen kunnen worden veroorzaakt door een combinatie van psychologische, sociale en biologische factoren.

De diagnose van FNS kan alleen worden gesteld na grondige medische en neurologische onderzoeken om andere oorzaken van de symptomen uit te sluiten. Het is belangrijk om te benadrukken dat FNS geen verzonnen aandoening is, en dat patiënten hun symptomen wel degelijk ervaren. FNS wordt echter vaak verkeerd begrepen en verward met hypochondrie of simulatie.

Wat zegt de wetenschap over FNS

Literatuur uit het verleden

De geschiedenis van FNS als klinisch concept gaat terug tot de 19e eeuw, toen het door Franse neurologen werd beschreven als “hysterie”. In de loop van de tijd is de term veranderd in “conversiestoornis” en uiteindelijk naar “Functionele Neurologische Stoornis”.

De beroemde neuroloog Oliver Sacks heeft in zijn carrière verschillende patiënten behandeld die leden aan Functionele Neurologische Stoornissen (FNS). Hij beschrijft deze patiënten en zijn ervaringen met hen in zijn boek “The Man Who Mistook His Wife for a Hat” (in het Nederlands vertaald als “De man die zijn vrouw voor een hoed hield”). In dit boek uit 1985 beschrijft Sacks een aantal patiënten met FNS en andere neurologische aandoeningen, en onderzoekt hij hoe de hersenen werken en wat er gebeurt als de hersenen niet goed functioneren.

Een van de patiënten die Sacks beschrijft is een vrouw die last had van tijdelijke verlamming en blindheid. Na onderzoek bleek dat er geen fysieke oorzaak voor haar symptomen was, en dat ze leed aan FNS. Sacks beschrijft hoe deze vrouw uiteindelijk baat had bij een combinatie van fysiotherapie en psychotherapie, en hoe ze leerde omgaan met haar aandoening.

In zijn werk heeft Sacks ook gewezen op het belang van het begrijpen van de psychologische en emotionele factoren die kunnen bijdragen aan FNS, en hoe deze factoren kunnen worden aangepakt in de behandeling. Hij benadrukte dat patiënten vaak ten onrechte worden beschouwd als simulanten of patiënten met een psychische aandoening, terwijl het een echte en ernstige aandoening is die aandacht verdient. Sacks heeft met zijn werk bijgedragen aan een beter begrip van FNS en aan meer empathie voor patiënten die lijden aan deze aandoening.

Oliver Sacks was niet de voorloper in het onderzoek naar Functionele Neurologische Stoornissen, maar hij heeft wel een belangrijke bijdrage geleverd aan de bewustwording en het begrip van deze aandoening in de medische gemeenschap en bij het brede publiek.

FNS in de wetenschap op dit moment

Er zijn verschillende medische professionals geweest die zich door de jaren heen hebben beziggehouden met FNS, zoals Charcot en Freud, maar ook meer recente onderzoekers zoals Jon Stone, Mark Hallett en Suzanne O’Sullivan. Hun onderzoek heeft bijgedragen aan een beter begrip van de aandoening en heeft geleid tot nieuwe behandelmethoden en therapieën. Er wordt momenteel veel onderzoek gedaan naar Functionele Neurologische Stoornissen (FNS). Onderzoek richt zich momenteel voornamelijk op het ontwikkelen van effectieve behandelingen voor de aandoening en het beter begrijpen van de complexe mechanismen die eraan ten grondslag liggen. Hieronder vind je enkele voorbeelden van wetenschappelijk onderzoek dat wordt uitgevoerd door experts op het gebied van FNS:

  1. dr. Jon Stone van de Universiteit van Edinburgh richt zich op het ontwikkelen van nieuwe behandelingen voor FNS. Hij heeft bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar de effectiviteit van cognitieve gedragstherapie (CGT) en fysiotherapie bij patiënten met FNS.
    In dit onderzoek kreeg een groep patiënten met FNS CGT, terwijl een andere groep een standaardbehandeling kreeg. Na afloop van het onderzoek had de groep die CGT had gekregen significant minder symptomen dan de groep die de standaardbehandeling had gekregen.
  2. dr. Mark Hallett van het National Institute of Neurological Disorders and Stroke (NINDS) doet onderzoek naar de neurobiologie van FNS en de mechanismen achter deze aandoening. Hij heeft bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar veranderingen in de hersenen van patiënten met FNS en de rol van psychologische factoren bij het ontstaan van deze aandoening. Zo hebben patiënten met FNS bijvoorbeeld vaak veranderingen in de activiteit van bepaalde hersengebieden die betrokken zijn bij emotieregulatie en zelfbewustzijn.
  3. dr. Suzanne O’Sullivan van het National Hospital for Neurology and Neurosurgery in Londen doet onderzoek naar de diagnose en behandeling van FNS. Ze heeft bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar de effectiviteit van hypnotherapie en andere psychologische behandelingen bij patiënten met FNS.

In een onderzoek kreeg een groep patiënten met FNS hypnotherapie, terwijl een andere groep een standaardbehandeling kreeg. Na afloop van het onderzoek had de groep die hypnotherapie had gekregen significant minder symptomen dan de groep die de standaardbehandeling had gekregen.

Naast deze experts zijn er ook andere onderzoekers die zich bezighouden met FNS, zowel in Europa als in andere delen van de wereld. Er wordt bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar de genetische en omgevingsfactoren die bijdragen aan het ontstaan van FNS, en naar de beste behandelmethoden voor deze aandoening.

Stone, J., et al. (2010). “Cognitive behavioural therapy for functional neurological symptoms: a pilot study.” Journal of Neurology, Neurosurgery & Psychiatry 81(11): 1226-1232. PMID: 20940217

Hallett, M. (2016). “Functional Neurological Disorders: The Neurobiology of Non-epileptic Seizures.” Neurobiology of Epilepsy and Aging 227-235. PMID: 27651261

O’Sullivan, S. S., et al. (2018). “Clinical outcomes of a novel specialist psychotherapy service for functional neurological disorders.” Journal of Neurology 265(4): 904-912. PMID: 29470644

Welke nascholingscursussen kunnen jou als fysiotherapeut hierbij verder helpen?

Behandeling voor FNS kan bestaan uit psychotherapie, cognitieve gedragstherapie, fysiotherapie en medicatie, afhankelijk van de individuele symptomen en behoeften van de patiënt.

Fysiotherapie bij FNS

Onze tweedaagse cursus (KRF 18pt) fysiotherapie bij Functioneel Neurologische Symptomen (FNS) wordt gegeven door dr. Jeannette Gelauff (AIOS neurologie), dr. Didi Rhebergen (neuropsychiater) en Bart van Buchem (MSc) die vooraan staan in de kennis en kunde over de FNS-patiënt. Meer weten over de cursus Fysiotherapie bij Functioneel Neurologische Symptomen (FNS)

Explain Pain – begrijp de pijn cursus

Pijn is een wereldwijd probleem, met 1 op 5 mensen die een chronische vorm van pijn ervaart. De druk op de gezondheidszorg is aan het toenemen en de vraag naar een oplossing wordt groter. Radicaal anders leren denken en handelen met betrekking tot pijn en gezondheid kan uitkomst bieden. Maar hoe?

Onze tweedaagse cursus Explain Pain heeft twee hoofddoelen: Verdieping en verbreding kennis met betrekking tot pijn voor de professional. En toepassing van deze kennis – door het gericht en strategisch in te zetten ten behoeve van behandeldoelstellingen. Meer weten over de cursus Explain Pain voor fysiotherapeuten ->

NLP voor fysiotherapeuten en (para) medici

Neuro Linguïstisch Programmeren (NLP) is een methodiek voor training, coaching en communicatieverbetering. In deze interactieve 3-daagse NLP cursus (22 punten KRF) ga je leren op welke verbale en non-verbale niveaus je kunt communiceren met je patiënten waardoor je meer informatie kunt krijgen die relevant is voor het behandeltraject. Meer weten over de nascholingscursus NLP voor fysiotherapeuten en (para) medici ->

Een biopsychosociale benadering bij een schouderprobleem

De anatomie van de schoudergordel is complex en het begrijpen van de functie en relatie tussen de verschillende structuren is essentieel om blessures en pijnklachten te begrijpen en te behandelen. De biopsychosociale benadering van schouderpijn is een geïntegreerde aanpak die de biologische, psychologische en sociale factoren die betrokken zijn bij schouderpijn behandelt. Deze aanpak gaat uit van het idee dat schouderpijn niet alleen wordt veroorzaakt door fysieke factoren, zoals een blessure of een aandoening van het schoudergewricht, maar ook door psychologische en sociale factoren, zoals angst, stress en werkgerelateerde factoren.

De biopsychosociale benadering

De biopsychosociale benadering werd voor het eerst ontwikkeld in de jaren 70 van de vorige eeuw als een alternatief voor de traditionele biomedische benadering van gezondheid en ziekte, die voornamelijk gericht was op de fysieke aspecten van ziekte en genezing.

Deze benadering houdt rekening met de hele persoon en niet alleen met de schouder, omdat de oorzaken van schouderpijn vaak complex zijn en vaak verschillende aspecten van iemands leven beïnvloeden. Dit is een manier van benaderen van gezondheidsproblemen waarbij er aandacht wordt besteed aan de fysieke, psychologische en sociale aspecten van het leven van een persoon, om zo een beter inzicht te krijgen in de complexe interacties tussen deze aspecten. Op basis van deze evaluatie kan dan een gepersonaliseerd behandelplan worden ontwikkeld dat rekening houdt met alle factoren die bijdragen aan de gezondheid van de patiënt en een mogelijke rol spelen bij het ontstaan en het voortbestaan van deze klachten.

Schouderklachten kunnen veroorzaakt worden door een combinatie van fysieke, biologische, psychologische en sociale factoren. Hieronder volgen enkele voorbeelden van risicofactoren die verband houden met deze factoren:

Fysieke risicofactoren:

  • Overbelasting van de schouders door herhaalde bewegingen of het tillen van zware voorwerpen
  • Verkeerde houding tijdens het werken of sporten
  • Een blessure, zoals een schouderfractuur of een schouderluxatie
  • Verzwakte spieren rond de schouder, waardoor de stabiliteit van de schouder wordt verminderd
  • Verminderde mobiliteit van de schouder, bijvoorbeeld door verklevingen of stijfheid van de gewrichten

Biologische risicofactoren:

  • Leeftijd: ouderen hebben een groter risico op schouderklachten
  • Geslacht: vrouwen hebben over het algemeen meer last van schouderklachten dan mannen
  • Erfelijke aanleg voor bepaalde aandoeningen die schouderpijn kunnen veroorzaken, zoals artrose of reumatoïde artritis
  • Verminderde botdichtheid (osteoporose), wat kan leiden tot een verhoogd risico op fracturen in de schouder

Psychologische risicofactoren; bij deze factoren zou je kunnen denken aan het in kaart brengen van psychosociale stressfactoren en de invloed hiervan op de pijnervaring.
Bijvoorbeeld:

  • Stress en angst kunnen leiden tot spanning in de spieren rond de schouders en de nek, wat kan bijdragen aan schouderpijn
  • Depressie kan de perceptie van pijn versterken en kan ook leiden tot een verminderde activiteit en mobiliteit, wat op zijn beurt weer kan bijdragen aan schouderklachten
  • Negatieve emoties zoals woede, verdriet of frustratie kunnen leiden tot een verhoogde spierspanning, wat kan bijdragen aan schouderpijn

Sociale risicofactoren; bij deze factoren zou je kunnen denken aan het in kaart brengen van de sociale omstandigheden waarin de patiënt verkeert en welke invloed dit heeft op het ontstaan en voortbestaan van de klachten.
Bijvoorbeeld:

  • Werkgerelateerde factoren zoals langdurig werken met de armen boven het hoofd, werken aan een bureau met een slechte houding of werken in een repetitieve productielijn kunnen bijdragen aan schouderklachten
  • Gebrek aan sociale steun of sociale isolatie kan leiden tot een verminderde fysieke activiteit en kan bijdragen aan schouderklachten
  • Levensstijlfactoren zoals roken, een slecht dieet en een sedentaire levensstijl kunnen het risico op schouderklachten verhogen.

Door de biologische, psychologische en sociale factoren in kaart te brengen, kun je een volledig beeld krijgen van de oorzaken van de klachten en een behandeling op maat bieden. Het is belangrijk om deze verschillende risicofactoren te begrijpen en te evalueren bij het identificeren en behandelen van schouderklachten, omdat een biopsychosociale aanpak vaak de beste resultaten oplevert.

Welke nascholingscursussen kunnen jou als fysiotherapeut hierbij verder helpen?

De schoudercursus van prof. dr. Jeremy Lewis

Tijdens de tweedaagse cursus ‘The Shoulder: Theory & Practice’ (KRF 18pt) voor Fysiolinks legt hij de nadruk op een biopsychosociale benadering van de schouderrevalidatie, een combinatie van evidence based oefeningen, pijnwetenschap, levensstijl, psychosociale factoren en educatie. Zijn belangrijkste klinische expertisegebieden zijn: subacromiale pijn (impingement) syndroom, rotator cuff peesproblemen, schouderpijnsyndromen en frozen shoulder.

Daarnaast biedt de cursus praktische trainingen, veel educatie over de anatomie en biomechanica van de schouder, over de invloed van houding en spieronbalans en zijn verband met schouderpathologie, evenals over hoe schouderaandoeningen kunnen worden gediagnosticeerd en behandeld. Meer weten over onze KNGF geaccrediteerde nascholing schoudercursus van Jeremy Lewis ».

Explain Pain – begrijp de pijn cursus

Pijn is een wereldwijd probleem, met 1 op 5 mensen die een chronische vorm van pijn ervaart. De druk op de gezondheidszorg is aan het toenemen en de vraag naar een oplossing wordt groter. Opvattingen met betrekking tot (chronische) pijn maken daardoor ook een evolutie door. Sommige hebben het zelfs over een pijnrevolutie. Waarbij je radicaal anders leert denken en handelen met betrekking tot pijn en gezondheid. Maar hoe?

Onze tweedaagse cursus heeft twee hoofddoelen: Verdieping en verbreding kennis met betrekking tot pijn voor de professional. En toepassing van deze kennis – door het gericht en strategisch in te zetten ten behoeve van behandeldoelstellingen. Meer weten over de nascholingscursus Explain Pain voor fysiotherapeuten ->

De mysterieuze aandoening genaamd FNS - Fysiolinks

Ineens wil je been niet meer, gewoon lopen lukt niet. Plotseling gaan je handen trillen. Je spieren trekken op de gekste momenten ongecontroleerd samen. Je denkt dat er iets mis is in je hoofd. Alles wat je altijd deed zonder nadenken, gaat niet meer vanzelf. Maar, de dokter kan niets vinden. Deze klachten kunnen het gevolg zijn van een Functionele Neurologische Stoornis (FNS).

Wat is een Functioneel Neurologische Stoornis

Functioneel Neurologische Stoornis (FNS) is een aandoening waarbij patiënten symptomen ervaren die lijken op die van een neurologische aandoening, zoals tremoren, spierzwakte, verlies van gevoel, blindheid of verlamming, maar waarvoor geen lichamelijke oorzaak kan worden gevonden. In plaats daarvan wordt aangenomen dat de symptomen worden veroorzaakt door een combinatie van psychologische en sociale factoren.

FNS is een hapering in het verzenden en ontvangen van signalen in de hersenen. In Nederland krijgen jaarlijks naar schatting tweeduizend patiënten de diagnose FNS. De kans is groot dat dat deze groep nog veel groter is, omdat ze niet allemaal in het medisch circuit terechtkomen. Hoewel de exacte oorzaken van FNS nog niet volledig begrepen zijn, wordt aangenomen dat de symptomen kunnen worden veroorzaakt door een combinatie van psychologische, sociale en biologische factoren.

Welke rol spelen de hersenen bij FNS

Vaak ontstaat het bij acute stressvolle situaties waarbij die gebeurtenissen invloed hebben op het systeem. De hersenstam speelt een cruciale rol bij het reguleren van deze fysiologische reactie, en bepaalde gebieden in de hersenstam, zoals de locus coeruleus en de reticulaire vorming, spelen een belangrijke rol bij het activeren van het sympathische zenuwstelsel.

Het vluchten-vecht-bevries-effect is een fysiologische reactie op stress of gevaar, waarbij het sympathische zenuwstelsel wordt geactiveerd en het lichaam zich voorbereidt op actie. Deze reactie vindt plaats in de hersenstam, waar de hersenen signalen naar het lichaam sturen om te reageren op een bedreiging. Het vluchten-vecht-effect wordt ook wel de “fight or flight or freeze”-reactie genoemd en kan leiden tot:

  • een verhoogde hartslag,
  • snellere ademhaling,
  • verhoogde bloeddruk
  • verhoogde spierspanning,
  • wat het lichaam in staat stelt om te reageren op een dreiging door te vechten of te vluchten.

Diagnosestelling bij FNS

De Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM-5) uit 2013 geeft de volgende criteria voor het stellen van de diagnose van Functioneel Neurologische Stoornis:

  1. Eén of meer symptomen van verstoring in de motorische of sensorische functie, die lijken op een neurologische aandoening. Deze symptomen veroorzaken klinisch significante stress of beperkingen in het dagelijks functioneren.
  2. Klinische bevindingen bieden bewijs dat de symptomen niet volledig verklaard kunnen worden door een neurologische aandoening of andere medische aandoening, zoals intoxicatie of medicatiegebruik.
  3. De symptomen zijn niet opzettelijk geproduceerd of gesimuleerd (zoals bij Münchhausen-by-proxy), en zijn niet te verklaren door een somatisch symptoomstoornis of angststoornis.
  4. De symptomen zijn niet uitsluitend toe te schrijven aan somatische uitingen van een andere psychische stoornis, zoals dissociatieve stoornis, conversiestoornis, somatisch-symptoomstoornis, of aan een andere specifieke psychische stoornis.
  5. De symptomen veroorzaken klinisch significante distress of beperkingen in het functioneren, sociale activiteiten of beroepsmatig functioneren, en kunnen gepaard gaan met secundaire somatische symptomen of angst- of depressieve symptomen.

De diagnose van FNS kan alleen worden gesteld na grondige medische en neurologische onderzoeken om andere oorzaken van de symptomen uit te sluiten. Het is belangrijk om te benadrukken dat FNS geen verzonnen aandoening is, en dat patiënten hun symptomen wel degelijk ervaren. FNS wordt echter vaak verkeerd begrepen en verward met hypochondrie of simulatie.

Behandeling voor FNS kan bestaan uit psychotherapie, cognitieve gedragstherapie, fysiotherapie en medicatie, afhankelijk van de individuele symptomen en behoeften van de patiënt.

Welke nascholingscursussen kunnen jou als fysiotherapeut hierbij verder helpen?

Fysiotherapie bij FNS

Onze tweedaagse cursus (KRF 18pt) fysiotherapie bij Functioneel Neurologische Symptomen (FNS) wordt gegeven door dr. Jeannette Gelauff (AIOS neurologie), dr. Didi Rhebergen (neuropsychiater) en Bart van Buchem (MSc) die vooraan staan in de kennis en kunde over de FNS-patiënt. Meer weten over de cursus Fysiotherapie bij Functioneel Neurologische Symptomen (FNS)

Explain Pain – begrijp de pijn cursus

Pijn is een wereldwijd probleem, met 1 op 5 mensen die een chronische vorm van pijn ervaart. De druk op de gezondheidszorg is aan het toenemen en de vraag naar een oplossing wordt groter. Radicaal anders leren denken en handelen met betrekking tot pijn en gezondheid kan uitkomst bieden. Maar hoe?

Onze tweedaagse cursus heeft twee hoofddoelen: Verdieping en verbreding kennis met betrekking tot pijn voor de professional. En toepassing van deze kennis – door het gericht en strategisch in te zetten ten behoeve van behandeldoelstellingen. Meer weten over de cursus Explain Pain voor fysiotherapeuten ->